(Heemkundekring Rosmalen/Ons Rosmalen)

Door: Ronald van Grinsven & Antoinette van Grinsven – Raijmakers

Het is tijd voor een feestje…

Wie kan zeggen dat hij honderd wordt? Dat zullen er weinigen zijn, maar dit jaar hebben we er één.

Een hele speciale verjaardag. Vanaf zijn geboorte tot nu staat hij nog fier overeind, kijkend over een eeuw heen. Tussen het steen en het groen, staat hij altijd fier op je te wachten als je thuis komt. Zijn “huid” niet meer zo strak, zonder enige crème zijn die rimpels nog goed te overzien. Menig vrouw zou er jaloers op zijn….

Geboren in 1924. Opgemetseld uit steen en cement, zijn kap bedekt met pannen. Het kindje van Sjaak Kusters, die zijn levenslicht schonk, gebouwd op een stevige fundering. Zijn parmantige schoorstenen hielden het gezin van Sjaak warm en droog. De stenen deken nog sluierend in het cement was de veilige haven voor hen….

Ja inderdaad, we hebben het over ons huis. Niks bijzonders op het eerste gezicht. Maar diep in zijn houten plafond liggen vele verhalen van de voormalige bewoners verscholen. Die soms door de spouw naar beneden komen dwarrelen om herinnerd te worden. Frans Heijmans zag hier zijn levenslicht, Familie van Alebeek streelde zijn vloeren. Familie d’n Otter bewonderde door zijn ogen de buitenwereld. Kees van Iersel deelde dezelfde slaapkamer als ik. Een bijzondere kamer dus, die “slimme minsen” schijnbaar voortbracht. Zelfs een varken werd omarmd door zijn stenen binnenmuren….

Ons pa en ma kochten het huis en in 1971 gingen we er wonen. Vanuit de brandweerkazerne in de Raadhuisstraat. Hun eerste echte huis van hun zelf, namen ze ons mee en gaven ons onbewust een thuis. Een plaats waar je aan hecht. Waar we onze jeugd doorbrachten. Spelend op straat met de kinderen uit de straat. Snel binnen rennen bij “ome” Piet en “tante” Riet. Met de melkmand huppelend naar de melkboer die met zijn bus kwam voorrijden. Efkes wat halen bij Jantje van Druenen.  De zuurkool van Jo Coppens streelde je tong. Op zaterdag na de kerk ff naar de friettent van “Gerrit d’n Mulder” in de Molenstraat…..

Wat heeft ons huis allemaal niet gezien? Veel van zijn “geheimen” zal hij niet openbaren, een “gentlemen’s” afspraak tussen hem en zijn bewoners. In ieder geval hebben wij er lief en leed gedeeld, en nog steeds. Zie ons mam nog liggen in haar ziekbed voor het raam, kijkend naar buiten, licht zwaaiend naar me als ik in de tuin bezig was. Ze wilde er niet weg en bleef er tot haar eind. Goh, wat mag je dankbaar zijn dat je ouders je een thuis gaven in zo’n lief huis. Een huis die je liefde geeft. Je omsluit in een warme deken van steen, meekijkend met zijn blik op de wereld door zijn glazen ogen. Die nog steeds helder kijkt al honderd jaar lang……..